Kwetsbaar licht
In het verhaal van Franciscus met de hongerige broeder is net een tweede groep broeders ingetreden in Franciscus' broederschap. Ze willen absoluut niet voor de anderen onderdoen. Dat gaat niet altijd goed... In het verhaal geeft Franciscus ruimte aan liefde, ruimte aan de kwetsbaarheid van de ander. De kwetsbare broeder wordt opgenomen in een kring van liefde en licht.
Je kunt het verhaal, herverteld door Hans-Peter Bartels, hier downloaden. De bijbehorende werkvorm vind je hier.
Niet te veel, maar ook zeker niet te weinig
In Franciscus' broederschap is net een tweede groep broeders ingetreden. Ze willen absoluut niet voor de anderen onderdoen. Dat gaat niet altijd goed...
Franciscus en zijn eerste broeders verbleven in een stal in Rivo Torto. Het was rond middernacht en iedereen sliep. Nou ja, bijna iedereen: ineens riep een van de broeders luid: “Ik sterf, ik sterf!”
Alle broeders waren ineens klaarwakker. Franciscus stond op en zei: “Hup, broeders, sta op en maak licht!” Zo gezegd, zo gedaan. Franciscus vroeg: “Wie heeft ‘ik sterf!’ geroepen?” De broeder meldde zich. “Wat is er?”, vroeg Franciscus, “waarom denk je dat je doodgaat?” “Ik verga van de honger”, antwoordde de broeder.
Franciscus dacht diep na. Hij gebruikte zijn grote liefde en mensenkennis. Hij gunde de broeder wel te eten, maar ja... hoe voorkwam hij dat deze broeder zich zou schamen alleen te moeten eten? Er ging een lichtje bij hem op. Hij liet een maaltijd maken en vroeg alle broeders aan te schuiven. De hongerige broeder was nog niet lang in de orde, net zoals een paar anderen. Franciscus wist dat deze broeders zich vol enthousiasme op het vasten hadden gestort; ze aten gewoonlijk weinig.
Onder het eten ging hem een tweede lichtje op. Hij sprak na afloop: “Beste broeders, ieder van jullie moet rekening houden met zijn eigen gezondheid. Het kan dan wel zo zijn dat de een met minder eten toe kan dan een ander, maar dat maakt die ander nog geen minder goede broeder! Ik ben erop tegen dat broeders die meer eten nodig hebben, te weinig eten om voor de anderen niet onder te doen. Geef je lichaam wat het nodig heeft. We moeten er niet alleen op letten dat we niet te veel eten, maar nog meer dat het niet te weinig is. Kijk, de Heer vraagt barmhartigheid, geen slachtoffers.
Allerliefste broeders, ik heb nu uit liefde voor een broeder besloten samen te eten, zodat hij zich niet zou generen. Maar dat besluit ik niet nog eens! Ik beveel jullie dat ieder binnen de grenzen van onze armoede aan zijn lichamelijke behoefte voldoet.”
De eerste broeders, en degenen lang na hen, onthielden zich altijd streng van eten en drinken, waakten hele nachten, stelden hun lichaam aan kou bloot en deden zwaar lichamelijk werk. Ze droegen daarnaast vaak boetegordels, ijzeren kettingen en zeer ruwe boetekleden. Franciscus zag dat enkelen daardoor ziek werden. Daarom verbood hij op het volgende kapittel zijn broeders iets anders dan hun habijt op hun blote lichaam te dragen. De broeders die Franciscus goed hadden gekend bevestigen dat hij zich altijd heel begripvol opstelde. Hij begreep dat niet elke regel even strikt voor iedereen kon zijn. Met één uitzondering: zichzelf. Ondanks zijn grote kwetsbaarheid was hij heel streng voor zichzelf. Daar liet hij zich niet van afbrengen!