Geloofd door broeder wind
Franciscus van Assisi heeft veel wijze woorden nagelaten. Een daarvan komt bijna dagelijks in mijn hoofd op, een regel uit het Zonnelied:
‘Wees geprezen, mijn Heer, door broeder wind
en door de lucht, bewolkt of helder, en ieder jaargetijde,
door wie Gij het leven van uw schepselen onderhoudt.’
Ik heb wat met broeder wind en ik zal, denk ik, niet de enige zijn. Ik wandel graag. Mijn omgeving is het Noordwesten van Friesland. Daar zijn geen bossen, maar uitgestrekte weilanden en akkers. Je kunt er kilometers ver het landschap inkijken. Het waait er altijd. Als je echter loopt, heb je daar geen last van. Lopen tegen wind, is zelfs lekker. Ik hang dan als het ware in de wind en wordt erdoor gedragen. Slecht weer is het nooit. Een Noors gezegde luidt: je hebt alleen slechte kleding. Of het nu bewolkt of helder is, zoals Franciscus aangeeft, of de zon nu schijnt of als het regent, elk weer heeft zijn charme. Ik hou van slecht weer. Dan loop ik volstrekt alleen en kom ik vrijwel niemand tegen. De stilte omarmt me. Een gevulde stilte, want een storm laat zich wel horen. Het lopen door de wind is ronduit verfrissend. Ik waai uit en al wandelenderwijs kom ik op ideeën, komen woorden en zinnen in mij op, ontwikkelen zich haiku’s en gedichten, en reciteer ik de zinnen van mijn voorstellingen. Op het ritme van de kuier leer ik hoe een tekst het beste bekt. Achter mijn beeldscherm ontstaat niets, maar buiten krijgen mijn gedachten de vrije loop.
De wind ervaar ik als een dragende kracht. Niet voor niets is het ook het beeld van de Heilige Geest, een van de goddelijke personen. Wat de adem is voor een mens, de wind voor de natuur is blijkbaar van een onnoembare oorsprong. Voor Franciscus is de wind het eerste natuurelement dat hij noemt. Na de wind noemt hij het water, het vuur en de aarde. Daarbij gebruikt Franciscus een andere volgorde dan die gebruikelijk is in de oudheid. In de oudheid begon men of met het zwaarste element (aarde-water-lucht-vuur) of met het vluchtigste (vuur-lucht-water-aarde). Door met lucht, wind te beginnen laat Franciscus zien, hoe hij in het leven staat. De uitdrukking ‘leven van de wind’ heeft voor mij dan ook te maken met kunnen loslaten. Ooit mocht ik in Vierzehnheiligen (Duitsland) voor de Europese franciscanen mijn Franciscus’ voorstelling spelen. Daar was ik met een jonge broeder op weg naar een demonstratie van beamers. Onderweg kwamen we een oude broeder tegen met een stapel kisten. Tot zijn jonge medebroeder zei hij: ‘Je komt als geroepen, zou je voor mij deze kisten willen wegbrengen?’ Zonder zich te bedenken draaide de jonge broeder zich om en bracht de kisten weg. De beamerpresentatie heeft hij nooit gezien. Mij maakte hij duidelijk, wat ‘leven van de wind’ kan betekenen: een weg gaan, waar je niet op gerekend had.
hai koe
wind, wolken en wind
langs akkers van verlangen
het woord komt te voet