Vanuit Brazilië varen ieder jaar schepen vol soja – dat gebruikt wordt als veevoer – naar de Rotterdamse haven. Kostbare natuur wordt opgeofferd voor veevoer. Maar ook voor shampoo of koekjes, want daar zit palmolie in. En zelfs voor onze zakdoekjes worden veel bomen gekapt.
Voor ons, Europeanen, is in 12 jaar tijd ongeveer 3,5 miljoen hectare bos gesneuveld. Dat is ongeveer net zo groot als de hele landoppervlakte van Nederland. En door al die ontbossing is 1,8 miljoen ton CO2 de lucht in gegaan.
Elke 2 seconden gaat een natuurgebied ter grootte van een voetbalveld naar de knoppen. En daarom is er een Europese bossenwet in de maak, die moet gaan voorkomen dat voor de producten die wij hier in Europa gebruiken, natuur wordt vernietigd. Maar…! Er zitten grote gaten in het wetsvoorstel. Sommige ecosystemen, zoals het Amazonewoud, worden door de bossenwet beschermd. Maar natuurgebieden die net zo belangrijk zijn voor ons klimaat, de biodiversiteit en de mensen (met name de inheemse volkeren) – bijvoorbeeld de savannes van de Braziliaanse Cerrado of de moerasachtige Pantanal – nog niet.
En daardoor kan de verwoestende soja-industrie – veelal met Nederlands geld en expertise opgezet – gewoon doorgaan. Ten koste van al die prachtige natuur en de mensen in Brazilië.
Er zijn ook producten waarvoor natuur wordt verwoest, zoals rubber en maïs, die nog helemaal niet in het wetsvoorstel staan. Dus Amazonewoud straks kappen voor onze soja mag niet, maar voor de mais die hier wordt verkocht wel?!
Onlangs, op 28 juni, hebben de Europese milieuministers het wetsvoorstel trouwens al verder afgezwakt door binnen Europa alleen de nog bestaande ‘oerbossen’ te beschermen. En die maken hooguit 4% van het areaal aan bossen uit.
Waarom zijn wij, mensen, zo hardleers? Waarom blijven wij, als schepselen die met ‘verstand begiftigd zijn’, zo onverstandig handelen! Is er dan geen klimaat- en milieucrisis? Is er dan geen stikstofcrisis? Blijven politici zich blind staren op de kortetermijnbelangen? Blijven economische belangen allesbepalend? Zijn wij, Europese burgers, verslaafd geraakt aan een levensstijl die ons voor alles tot brave consumenten maakt die alles slikken wat de reclame ons voorschotelt?
Als het over soja gaat is er nog een verhaal te vertellen. Soja wordt dus primair gebruikte als veevoer. Maar de industrie heeft in de ontluikende vleesschaamte een nieuw business model gevonden en fabriceert steeds meer gerehydrateerde sojaproducten. En die zijn schreeuwend duur! Vaak duurder dan vlees, terwijl de ingrediënten drie keer niks kosten. En dat is de wereld op zijn kop. Zo wordt van vegetarisch eten een ‘elitedingetje’ gemaakt. Vegetarisch wordt door velen gezien als een synoniem voor ‘vleesvervangers’. Terwijl alles wat je nodig hebt om vegetarisch te koken gewoon in de winkel van de groenteboer ligt.
Als iedereen minder vlees eet, is dat normaal gesproken goed voor je gezondheid, het milieu èn je portemonnee!
Maar, nog een observatie, terwijl havervlokken en graanproducten de afgelopen tijd soms in prijs verdubbelden, steeg de kiloprijs van vlees niet. Alsof er geen klimaat-, stikstof-, biodiversiteits-, water-, gezondheids-, en Oekraïnecrisis et cetera bestaat!
Maar ja, de schepen met goedkope soja uit Brazilië blijven gewoon binnenlopen in de Rotterdamse haven. En geen enkele havenarbeider denkt eraan om die schepen niet te lossen.
En zo blijft het systeem in stand. Soja uit Brazilië komt naar Nederland en verdwijnt in de magen van onze kippen, varkens en koeien. En deze overvloedige stikstof-, ammoniak-, en mestproducerende industrie, export zijn hoofdproduct ‘vlees’ naar andere landen en werelddelen.
Ik denk dat de trekkers deze zomermaanden nog vaak te zien zullen zijn op plekken waar ze eigenlijk niets te zoeken hebben. They will keep on rollin’, rollin’, rollin’… (Rawhide).
Maar wij, jij en ik, met verstand begiftigde schepselen, zullen zelf ook eens goed na moeten denken over onze rol in het geheel. Hoe wij een verwoestend systeem in stand houden of helpen veranderen: stapje voor stapje.
De vakantieperiode die aanbreekt, is meer dan ooit nodig, als een tijd waarin we ons kunnen bezinnen op ons eigen doen en laten. Franciscus zou dit zeker toejuichen. Hij wist ervan: van omdenken, omkeren en je leven veranderen! Hij zorgde ervoor dat hij en anderen niet ten koste van, maar juist zoveel als mogelijk ‘ten dienste van’ gingen leven.



